Door nicotine wordt ook glucose uit de glucosevoorraad afgegeven in het bloed. De hersenen “zien” veel glucose in het bloed en denken dat er net gegeten is. De stoffen die zorgen voor het hongergevoel worden niet afgegeven en er ontstaat geen honger. Dit zou de oorzaak kunnen zijn van het afnemen van hongergevoel na het roken.
Nicotine heeft via de hersenen ook invloed op de stofwisseling. Iemand die rookt heeft een iets verhoogde stofwisseling en weegt gemiddeld vier kilo minder dan een niet-roker.
Door nicotine kan je je tijdelijk beter concentreren. Dit is bewezen in wetenschappelijk onderzoek. Wat er precies gebeurt in je hersenen is nog niet ontdekt. Waarschijnlijk gaat de afgifte van de neurotransmitter glutamaat omhoog in de hippocampus, waardoor dat gebiedje in de hersenen actiever wordt.